Natuurontwikkeling in Baarle-Nassau
Staatsbosbeheer verwacht deze zomer te kunnen starten met de ontwikkeling van nieuwe natuur in het project “Gronden Siemons”. Het gebied van ruim 7 hectare ligt aan de Hoogstratensebaan in Baarle-Nassau, langs het grensbeekje Het Merkske.
De ‘Gronden Siemons’ liggen binnen het Natuurnetwerk Brabant (NNB) en zijn aangewezen als Natte Natuurparel (NNP) en Aardkundig Waardevol Gebied. Een prachtig, maar ook kwetsbaar gebied, waarin uiterst voorzichtig gewerkt moet worden.
Het grootste knelpunt in het gebied is de verdroging die het gevolg is van de verdiepte ligging van de beek. Een van de mogelijkheden om de verdroging aan te pakken is het opzetten van het waterpeil in de beek. Omdat er met name op Belgisch grondgebied nog landbouwgronden aan de beek liggen is die optie op de korte en de middellange termijn echter niet haalbaar. Vandaar dat ervoor is gekozen om de verdroogde toplaag van een aantal percelen (totaal 2 hectare), die direct langs de beek liggen, af te graven.
Op die manier kan het diepe ijzerrijke kwelwater weer in de wortelzone komen en kunnen bijzondere plant- en diersoorten weer goed gedijen en tot ontwikkeling komen.
Het project wordt medegefinancierd door Groen Ontwikkelfonds Brabant.
Naar verwachting neemt de uitvoering drie weken in beslag. Voorwaarde is wel dat het niet al te nat wordt; dan kan er in dit venige gebied niet worden gewerkt.
Naar verwachting gaan kenmerkende soorten als knoflookpad, boomkikker, kamsalamander, alpenwatersalamander en poelkikker zich hier binnen een periode van 5 tot 7 jaar weer gaan vestigen. Aan de randen van het beekdal lopen bovendien wandel- en fietspaden waardoor ook de belangstellende recreanten straks volop van de nieuwe ontwikkelingen kunnen genieten.
De werkzaamheden worden uitgevoerd aan de hand van een ecologisch werkprotocol. Bij alle werkzaamheden is een ecoloog aanwezig, die mogelijke aanwezige dieren wegvangt en buiten het plangebied weer uitzet. Daarbij worden de voortplantingspoelen buiten het plangebied afgeschermd om tijdelijk te voorkomen dat individuele poelkikkers de landhabitat in het plangebied bereiken.