Bewoners hebben het volste recht om zelf natuur te maken
Het bezoek met de fotograaf aan het stroomdal van de Mark laat hem niet onberoerd. Het is immers een landschap dat Sjef Langeveld nauw aan het hart gaat. Jarenlang zette hij zich met ziel en zaligheid in om rondom de beek nieuwe natuur te maken. Tot daar in 2021 abrupt een einde aan kwam.
In 2011 – dus lang voor het Groen Ontwikkelfonds Brabant bestond – gaven Langeveld en zo’n 20 andere bewoners gehoor aan een oproep van de provincie om de realisatie van nieuwe natuur zelf ter hand te nemen. ‘Wij dachten al langer na over de toekomst van dit beekdal’, vertelt de voormalig ecoloog en planoloog aan zijn keukentafel in Chaam. ‘We hadden zelfs al een soort van revitaliseringsplan, waarin we hydrologische maatregelen, natuur- en landschapsontwikkeling en alternatieve landbouwvormen wisten te combineren.’ Niet zo gek dus dat toen de provincie na de bezuinigingen van het eerste kabinet Rutte op zoek ging naar nieuwe manieren om het natuurnetwerk af te maken, Langeveld en co in beeld kwamen.
We hadden een plan, waarin we hydrologische maatregelen, natuurontwikkeling en alternatieve landbouwvormen combineerden
De bewoners en de provincie maken in 2013 afspraken over de maatregelen, rolverdeling, financiering en tijdsplanning. Onder de vlag van een nieuwe stichting weten de bewoners de benodigde honderd hectare bij elkaar te verzamelen. Langeveld kijkt daar met trots op terug. ‘We kenden het gebied op ons duimpje, en hadden bovendien goed contact 78 met de boeren. Op één informatieavond hadden we ze al mee, omdat we hen beloofden dat geen enkele agrariër verplicht zou hoeven vertrekken.’
Daarna groeit het natuurproject op verzoek van de provincie uit tot een heuse gebiedsontwikkeling. Ineens ging het ook om andere zaken, zoals nieuwbouw, herbestemming en de sociaaleconomische vernieuwing van het dorp Strijbeek. ‘Het werd al met al een stuk ingewikkelder en duurder’, blikt Langeveld terug. ‘Dus vroegen we om een herziening van de in 2013 gesloten overeenkomst.’
Toen daar niets van terecht kwam, raakte het project in een vrije val – en dat leidde uiteindelijk tot het besluit om het bewonerscollectief buitenspel te zetten. Het steekt Langeveld nog steeds: ‘We waren uiterst gemotiveerd, hadden verstand van zaken en wisten heel goed wat het gebied nodig had. En dan van de een op de andere dag schuiven ze je aan de kant.’
De gebeurtenis liet diepe sporen na, maar Langeveld gelooft nog altijd in de kracht van zelfrealisatie. Sterker nog, als er overeenstemming is over een publiek doel – zoals de afronding van een natuurwerk – hebben dan bottom-up, hè. Dit is echt van zijn.’ Hij pleit om de zogenoemde ‘participatieladder’ uit te breiden met het recht op zelfontwerp en -realisatie. ‘Daarvoor moeten we dan wel ons begrippenkader aanpassen’, zegt hij terwijl hij een woordenlijst over tafel schuift. ‘Dus geen burgers, maar bewoners. Geen visie of doeltypen, maar richtingwijzers. Geen voorschriften, maar spelregels.’
Het mag geen verrassing heten dat Sjef Langeveld het werk van het Groen Ontwikkelfonds Brabant altijd met bovenmatige interesse heeft gevolgd. Het doet hem goed om in de aanpak van het GOB iets van zijn eigen filosofie terug te zien.