Onbegrijpelijk
Onbegrijpelijk
Wanneer bent u voor het laatst van verbazing van uw stoel gevallen? Het overkwam mij zeer recent nog. Omdat, ondanks alle maatschappelijke debatten en incidenten van de laatste jaren, initiatieven om glyfosaathoudende middelen te weren nog steeds worden gedwarsboomd. Blijkbaar wegen economische belangen nog steeds zwaarder wegen dan de gezondheid van mensen en dieren.
Onbegrijpelijk, onverstandig en, eerlijk gezegd, zelfs ontluisterend.
Gemeenten, waterschappen en provincies verpachten hun gronden al jaren, voornamelijk aan agrariërs. Aan het gebruik van die gemeenschapsgronden worden strikte voorwaarden verbonden; voorwaarden, die bijdragen aan een duurzamer gebruik van de grond.
Groen Ontwikkelfonds Brabant en provincie Noord-Brabant doen dat niet alleen. Zij werken al sinds 2017 samen met organisaties als Brabant Water en Brabants Landschap om landbouwgronden in Brabant te verduurzamen. Wat ze doen en wat dat heeft opgeleverd leest u op www.duurzamegronduitgifte.nl.
Veel grondeigenaren in (onder meer) Brabant hebben het gebruik van glyfosaathoudende bestrijdingsmiddelen, zoals Roundup, op hun eigengronden contractueel verboden. Waarom doen zij dat? Al jaren wordt gediscussieerd over hoe giftig glyfosaat nu exact is voor de bodem en dieren en of wij hiervan schadelijke gevolgen ondervinden, maar dat het geen lekker goedje is, dat is wel duidelijk.
Tot nu toe zijn de politieke partijen in Nederland het nog niet eens geworden over een algeheel verbod op het gebruik van glyfosaat op landbouwgrond. Sommige landen om ons heen hebben ze daar minder moeite mee. In België bijvoorbeeld is een wet in voorbereiding die het gebruik van glyfosaat op landbouwgronden verbiedt. Sterker, daar mag het straks zelfs niet meer worden verkocht. Duitsland gaat het gebruik van glyfosaat vanaf 2023 verbieden en Oostenrijk is zelfs het eerste Europese land dat het gebruik van de onkruidverdelger sinds juli 2019 helemaal niet meer toestaat.
Hoewel er dus nog geen algemeen, wettelijk verbod is uitgevaardigd, hebben onder meer Groen Ontwikkelfonds Brabant en de provincie Noord-Brabant, maar ook enkele gemeenten, besloten glyfosaat te weren van hun gronden.
Waarom viel ik dan van mijn stoel? Omdat de Zuidelijke Grondkamer[1] besloot om de Brabantse pachtovereenkomsten, waarin het gebruik van glyfosaat wordt uitgesloten, niet goed te keuren. Dat is een vergaand besluit, want daarmee zegt de Zuidelijke Grondkamer feitelijk dat een grondeigenaar geen eisen mag stellen om mens, dier en milieu te beschermen.
Let wel, het gaat niet om bestaande contracten, die wij eenzijdig willen wijzigen. Nee, het gaat om nieuwe pachtcontracten. De nieuwe pachters hebben dus altijd zelf de keuze om hiervoor in te schrijven en een passende prijs te bieden. Of om, als ze de voorwaarden niet willen accepteren, níet in te schrijven.
De Zuidelijke Grondkamer stelt in zijn besluit dat “het verbod op het gebruik van glyfosaat de pachter te veel beperkt in zijn exploitatievrijheid”. Een opmerkelijke conclusie van een organisatie, die aangeeft dat haar belangrijkste doel is ‘te zorgen voor een goede relatie tussen pachters en verpachters’. Want volgens mij doen we nu precies dat laatste! De perspectieven voor agrariërs, die duurzaam én natuurinclusief willen boeren, zijn juist gediend met duurzaamheidsvoorwaarden. Zeker omdat we ook bereid zijn een lagere pachtprijs te accepteren en zo het duurzaam grondgebruik te stimuleren. Boeren en overheden staan niet tegenover elkaar, maar willen juist samen de Brabantse bodem en leefomgeving gezonder maken én houden.
Dat maakt het besluit van de Zuidelijke Grondkamer des te onbegrijpelijker.
Uiteraard zijn we tegen deze uitspraak in beroep gegaan bij de Pachtkamer. Binnenkort horen we meer. Ik hoop van ganser harte dat ik dit keer op mijn stoel kan blijven zitten.
Mary Fiers
directeur Groen Ontwikkelfonds Brabant
[1] Pachtcontracten moeten in Nederland worden getoetst door de Grondkamer.